Grote leegstand bijenhotels
Bijenhotels worden met de beste bedoelingen gemaakt en geplaatst, maar heel vaak staan ze op plekken waar de juiste drachtplanten ontbreken. Bijvoorbeeld midden in een dennenbos, in het agrarische cultuurlandschap of in een rietveld; ook in parken, op terreinen van kinderboerderijen, in tuinen en op balkons of in straten. Er worden voor wilde bijen megahotels gebouwd  en op plekken gezet waar geen of nauwelijks drachtplanten voor zomerbijen voorkomen. 
De bijen die van bijenhotels gebruikmaken zijn: behangersbijen, mestelbijen, klokjesbijen, tronkenbij, wormkruidbij, wolbijen,  maskerbijen en koekoeksbijen (kegelbijen, tubebijen. Deze bijen komen uitsluitend voor bij een bepaalde combinatie van planten. Heel vaak staat er geen enkele plant in de buurt van het bijenhotel waar een van de genoemde bijen op kunnen vliegen. Het gevolg is dat bijen geen gebruik zullen maken van het bijenhotel. Ook naar de grootte van het bijenhotel en de beschikbaren planten in bijvoorbeeld een straal van 50 meter moet goed worden gekeken. Sommige zeer grote bijenhotels staan in een drachtplantenwoestijn.
Acties van wie bouwt met mooiste bijenhotel zijn dan ook onzinnig. Als wilde bijen al thema van een wedstrijd zou moeten zijn, zou het beter zijn om het totale milieu daarbij te betrekken. Dus wie maakt het beste milieu voor wilde bijen. De vorm van het hotel is daar volledig ondergeschikt. De bijen letten alleen op de gaten in materialen (hout, steen, bamboe en andere holle stengels etc.) alle creativiteit daarom heen doet er niet toe).
Vooral als een bijenhotel een informatieve functie heeft moet men er voor zorgen dat het ook werkelijk bewoond gaat worden. In gunstige gevallen kan dat een paar weken duren, maar soms duurt het een paar jaar. Maar zonder de juiste drachtplanten nooit!
Een kleine uitzondering is de rosse mestelbij die vliegt van maart tot in juni en vliegt op vrijwel alle drachtplanten. Het is een van de algemeenste wilde  bijen van Nederland, die zich ook zonder bijenhotels heel goed kan handhaven. Deze bij is gewoonlijk een van de eerste bijen die van een bijenhotel of een nestblok gebruik maken.  Zelfs in straten waar nauwelijks drachtplanten voorkomen.  Voor deze bij is het meest eenvoudige bijenhotel ruim voldoende. Bijvoorbeeld een open gesneden melkpak met bamboestokjes.
 
Advies: kijk het eerst naar de drachtplanten in de omgeving voordat een bijenhotel wordt geplaatst of gekocht.  Zakjes zaad voor bijen die overal al dan niet gratis worden aangeboden trekken wel honingbijen en hommels aan maar hebben vaak geen enkel effect op de wilde (solitaire) bijen in het algemeen als andere veelal overblijvende drachtplanten niet substantieel in de buurt voorkomen.